• Innovatie gaat de gebouwde omgeving redden

    Leestijd 6 – 8 minuten, door Yuri van Bergen

    Een visie op hoe betaalbaarheid en keuzevrijheid bij renovatie hand in hand kunnen gaan.

    De energietransitie in de gebouwde omgeving is de grootste naoorlogse verbouwing van Nederland. De maatregelen reiken tot achter de voordeur van vrijwel elk gebouw. Om de individuele burger in beweging te krijgen, is meer nodig dan een rekenkundige exercitie met woningen en jaartallen, er is meer duidelijkheid nodig en verbinding met wat er leeft in de wijk. Dit zijn overigens niet mijn woorden maar die van de Raad voor de Leefomgeving die in december hun advies presenteerden met de publicatie ‘Warm aanbevolen, Co2-arme warmte in de gebouwde omgeving’

    Voor iedereen is het de moeite waard om dit rapport goed te lezen, maar voor mensen met minder vrije tijd hierbij de samenvatting van het advies in één zin: “Denk in stappen, geef bewoners keuzevrijheid en zorg vooraf voor duidelijkheid in verantwoordelijkheden tussen publiek en privaat”. Een advies dat wij als BouwhulpGroep enkel kunnen onderstrepen vanuit onze 40-jarige praktijk van onderzoek, advies en architectuur voor meer dan 500.000 bestaande woningen. En een advies dat aansluit bij onze visie om de bewoner van de woning zelf achter de knoppen te zetten bij het versnellen van de verduurzaming van de gebouwde omgeving’. (1)

    Lees meer
  • Het renoveren in componenten maakt de klant weer koning

    Leestijd 6 – 8 minuten, door Yuri van Bergen

    De duurzaamheidsopgave van de gebouwde omgeving is geen louter technische opgave.

    Het is voor iedereen nu wel duidelijk dat er een grote duurzaamheidsopgave voor ons ligt, die met de dag groter lijkt te worden. De dagelijkse dosis aan slecht nieuws over het klimaat kan ons het idee geven dat er niets meer te redden valt, terwijl we eigenlijk nog niet eens zijn begonnen. We verschillen met zijn allen nogal van mening over de oplossingen waarmee we aan de verduurzamingsopgave kunnen voldoen. Die visies zijn afhankelijk van positie en belang en lijken minder gericht op het collectieve doel: een duurzame wereld voor iedereen.

    Dit geldt ook zeker voor de opgave voor de gebouwde omgeving. In een eerder artikel hebben we Diederik Samsom al eens vriendelijk gevraagd of hij de “bouwbubbel” wilde doorprikken. Deze “bouwbubbel” houdt in dat men zich binnen de bouwsector enkel richt op het laaghangend fruit: de woningen waar een ‘makkelijke’ duurzame winst te behalen is (namelijk aan de ene kant nieuwbouw en aan de andere kant de renovatie van sociale woningen). Men gaat dan voorbij aan een grote en belangrijke groep: de miljoenen woningen in bezit van eigenaar-bewoners. Het is te gemakkelijk om te zeggen dat deze groep later kan leren van de resultaten uit de voorbeelden vanuit de sociale sector. Het probleem voor deze geplande opschaling ligt deels bij een middengroep die in het verleden verleid is tot het kopen van een huis (veelal voormalig corporatie bezit of woningen met een hiermee vergelijkbare kwaliteit). Deze mensen kunnen vaak net, maar vaak ook net niet, het noodzakelijk onderhoud aan hun woningen betalen. Daarnaast gaat het ook om mensen die misschien wel wat meer financiële mogelijkheden hebben maar waarbij de oplossingen die men nu bij de sociale woningbouw inzet, nog steeds verre van betaalbaar zijn.

    Lees meer
  • De CO2 routekaart – thuis blijven kan niet meer

    Leestijd 3 – 5 minuten, door Haico van Nunen

    Veel woningcorporaties hebben de afgelopen maanden de tijd genomen om een CO2 routekaart te maken.  Daarmee hebben ze meer zicht gekregen op de maatregelen en uitgaven die de komende jaren nodig zijn om de vereiste 80-95% CO2 besparing richting 2050 te realiseren. Aan het begin van dit jaar gaf WSW (1) aan dat het behalen van energielabel B (!?) voor 2021 voor de sector haalbaar is, maar dat dit tevens de grenzen van het borgstelsel raakt. Dit betekent dus dat de routekaarten van de corporaties weliswaar zijn ingevuld, maar dat er nu al grote twijfels over de financiële haalbaarheid van die route bestaan.

    In het artikel ‘de-component-als-dominant-design’ (2) is Component Renovatie  als benaderingswijze toegelicht. Om tot daadwerkelijke realisatie te komen moeten er maatregelen gekozen worden die misschien niet alleen de woning of het blok als denkkader hebben. De focus ligt in dit artikel dan ook op het ‘product’; welke oplossingen zijn er nodig om stap-voor-stap tot verbetering te komen.

    Lees meer

  • De component als Dominant Design

    Leestijd 4 – 6 minuten, door Yuri van Bergen

    Wat moeten we als eigenaren en bewoners van onze woningen doen nu vaststaat dat we binnen een aanzienlijke termijn allemaal van het gas af moeten? Moeten we geduldig wachten tot overheden en marktpartijen met een oplossing komen? Of gaan we, met meer dan vijf miljoen huiseigenaren, zélf de regie in handen nemen? Wat in ieder geval vaststaat is dat álle 7,5 miljoen bestaande woningen in de komende 30 jaar nog minimaal één grote verandering zullen ondergaan. En daarbij praten we over de orde van grootte van bijvoorbeeld een nieuwe gevel en/of een nieuw dak en niet slechts het plaatsen van een nieuwe cv-installatie of dubbel glas. De huidige praktijk van renoveren komt momenteel echter niet verder dan 1000 woningen per jaar; terwijl de echte opgave 1000 woningen per dag behelst. Die opgave zien we nog niet, maar ligt er wel. En vanaf het moment dat we ons dat gaan beseffen stellen we eisen aan de oplossing. Door de eindeloos versnellende maatschappij leven we in een tijdperk van klant-denken; we willen de beste, goedkoopste én meest aantrekkelijke oplossing voor onze woningen en het liefst eerder gisteren dan vandaag.

    Wat is nu de oplossing voor al deze problemen? Hoe kunnen we in een hoog tempo alle bestaande woningen op een betaalbare manier aanpakken met de bewoner aan de knoppen? U raadt het vast al: door te renoveren met componenten.

    Lees meer

  • De nieuwe architect

    Leestijd 6 – 8 minuten, door Pieter Deijkers

    De nieuwe architect, pas afgestudeerd, vol goede moed, ambities en idealen. Na jaren van oefenen op fictieve projecten op zelf gekozen locaties, heb je nu te maken met echte projecten en echte opdrachtgevers. Helaas blijkt de realiteit vaak niet overeen te komen met de veelbelovende verhalen die je hebt gehoord tijdens je opleiding, bij lezingen die je hebt gevolgd of die je hebt gelezen in (online)vakbladen, over architecten die de wereld veranderen. Want wat blijkt; het imago van de architect in de (bestaande) woningbouw is behoorlijk aangetast en komt niet in de buurt van deze verhalen. Of zoals iemand treffend zei: “Waar de architect vroeger werd gezien als een dominee die overal antwoord op had, is hij nu eerder een schilder die nog de kleur van de kozijnen en de diepte van de negge mag bepalen.” Hoe heeft het zover kunnen komen?

    Lees meer