Leestijd: 5 – 6 minuten, door: Merle Savelsberg & Yuri van Bergen
De buurman van mijn ouders kwam er recent achter dat de dakgoot vervangen moest worden. Op advies van de dakdekker heeft mijn vader toen meteen ook zijn eigen dakgoot mee vervangen; de dakdekker was immers toch al bezig! Ook stond het vervangen van de dakbedekking van de dakkapel al meerdere jaren op de planning, dus dit wordt nu ook eindelijk eens aangepakt. En om maar meteen door te pakken: zou dit niet een mooi moment zijn om de rest van het huis óók op orde te krijgen? Mijn ouders zijn namelijk ontevreden over het binnenklimaat maar weten niet goed wat daaraan (duurzaam) gedaan kan worden. Maar waar kun je als particuliere woningeigenaar terecht wanneer het gaat om het renoveren/aanpakken van je eigen woning? Op dit moment is er nog geen ‘renovatiewinkel’ voor deze groep bewoners, die een groot onderdeel van de woningmarkt uitmaken. Als je serieus werk wil maken van het verduurzamen van de bestaande woningvoorraad zul je de kennis en het mogelijke aanbod ook voor particulieren moeten ontsluiten. BouwhulpGroep is actief bezig om te onderzoeken en te demonstreren hoe dit kan voor zowel de woningeigenaar als de renovatieproducten leverancier. Het betaalbaar ontsluiten van herhaalbare oplossingen op individuele vragen schreeuwt om een manier die intelligenter dan de huidige praktijk tot nu toe heeft laten zien.
Waar komen we vandaan?
Toen Bouwhulp 40 jaar geleden als bewonersdeskundigen begon, startte ook onze onderzoekspraktijk (1). Onderzoek vanuit bewonersbelang leidde toen voor het eerst tot heel andere conclusies dan de onderzoeken die de woningcorporaties toen lieten verrichten om hun besluiten te rechtvaardigen. Vandaag de dag met het gezamenlijke doel van aardgasvrije wijken liggen de belangen voor de sociale-, commerciële en private woningeigenaren veel dichter bij elkaar. Toen was het (soms bijna letterlijk) vechten voor positie terwijl er nu juist verbinding wordt gezocht om met elkaar een (duurzame) opgave te beslechten.
Door de tijd heen wisselt de focus van overheid en corporaties maar voor bewoners blijft het, ook vandaag de dag, voornamelijk gaan om goed en betaalbaar wonen. Eind jaren tachtig/ begin jaren negentig begreep de overheid dat naast na-isoleren ook aandacht nodig was voor het binnenmilieu en startte het demonstratie programma E’novatie om bij renovatie deze aandacht te bewerkstelligen (2). Als coördinator van dit Nationale onderzoeksprogramma naar een groot deel van de woningvoorraad zagen wij dat bij de verschillende plannen de techniek de overhand kreeg. Om hiervoor te waken lieten wij bewonersevaluaties uitvoeren. Vooraf werd gevraagd naar wat bewoners van hun woning vonden en wat zij graag verbeterd zagen. Na de renovatie werd dit herhaald om te zien in hoeverre de renovatie aan hun wensen had voldaan. Dit leverde veel inzicht in wat bewoners aan wonen waardeerden op. Kennis die we later verder uitgebouwd en toegepast hebben in onze renovatiepraktijk. Goed om te beseffen terwijl je dit leest, is dat de kwaliteit van onze woningvoorraad van ver komt. Het is misschien moeilijk om je voor te stellen dat voorzieningen zoals een centrale verwarming en een douche in de woning voor 1960 helemaal niet zo vanzelfsprekend waren als dat nu is. In lijn met diezelfde gedachte kan je je misschien voorstellen dat tot zelfs de negentiger jaren de kwaliteit van ventilatie, isolatie en verwarming in veel woningen van een laag niveau was. Je kunt je dan vast ook wel voorstellen dat het verbeteren van de comfort, het verminderen van het energiegebruik en het vergroten van de schoonheid van woningen door middel van (sloop-) nieuwbouw een lange rit gaat worden als je kijkt naar tijd, geld en materiaal. Intelligenter zou zijn als we met elkaar niet de gehele woning aanpakken maar alleen juist die delen die de gebruikswaarde vergroten. Misschien dat stiekem iedereen liever een nieuwe woning heeft maar laten we eerlijk zijn, dat is niet te betalen.
Figuur 1: Een overzicht van 15 jaar onderzoek & ontwikkeling naar intelligenter renoveren. Voor een compleet overzicht van de onderzoeken en publicaties van BouwhulpGroep vanaf 2004 zie deze link (3).
Waar willen we naar toe?
In de beginjaren van de 21ste eeuw lag de focus wederom op het stimuleren van energetische maatregelen. Ons onderzoek naar kwaliteitsprofielen liet mede zien hoe energetische maatregelen in combinatie met andere maatregelen konden bijdragen aan het verbeteren van woonkwaliteit. Voor het onderzoek naar wonen en werken in 2015 (toen nog toekomst) kwamen we tot de conclusie dat wonen steeds individueler wordt (4). Techniek moest het mogelijk maken dat de woning zich aanpast aan die individuele wensen en niet andersom zoals nu vaak toch nog steeds de hoofdgedachte is. Het dichter bij elkaar brengen van bedrijven met een aanbod en woningeigenaren met een vraag is hiervoor een van de oplossingen. In de nieuwbouw is dit inmiddels gelukt maar voor de renovatie is het (nog) nooit tot een bloeiende praktijk gekomen
Een belangrijke conclusie uit ons onderzoek uit 2007 naar wonen en werken in de toekomst is dat er steeds slimme nieuwe duurzame technieken worden bedacht waarbij de bewoner zich maar moet aanpassen. In dat onderzoek werd ook aangegeven dat de focus van de overheid bij de verduurzaming van de woningvoorraad zou moeten worden uitgebreid van het corporatiebezit naar het bezit van eigenaar-bewoners. Om gedifferentieerd op de veranderende vraag in te kunnen spelen introduceerden we de component of het deelconcept. Een filosofie die we vanaf de jaren ’90 zelf hebben ontwikkeld en die we nu toepassen in onze eigen praktijk. Bovendien merkten we op dat het toepassen van dat aanbod in componenten het onvermijdelijk maakt dat de bouwkolom zich anders moet organiseren. Een kans om de volledige ‘renovatie-keten’ opnieuw te definiëren, waarbij de eigenaar-bewoner als het ware via een olifantenpaadje direct bij de (maak-) industrie kan gaan shoppen!
Eigenaar-bewoners aan de knoppen
Dankzij de energietransitie is er (weer) ruimte ontstaan voor experimentele volkshuisvestelijke oplossingen die een bijdrage leveren aan het leefbaar wonen in de wijk. Het is bijzonder om te zien dat in sommige gemeenten het besef begint te ontstaan dat de gewenste energietransitie niet, zoals vaak in het verleden is geprobeerd, van bovenaf opgelegd kan worden. Men is vooral op zoek naar het moment waarop het faciliteren stopt en woningeigenaren en de markt het stokje overnemen. Met dat laatste is de BouwhulpGroep als een van de onderzoek partners in lopende Europese onderzoeken op verschillende fronten bezig. Om met name de particuliere markt te kunnen bedienen wordt nu onderzocht hoe ook de eigenaar-bewoner (naast het sociaal en commercieel eigendom) ondersteund kan worden bij het formuleren van zijn of haar uitvraag naar de markt. Enerzijds is daar kennis voor nodig over de eigen woning en over de mogelijkheden om het wonen duurzaam te verbeteren, kennis die wij jarenlang hebben opgebouwd en eenvoudig kunnen ontsluiten. Anderzijds is daar een aanbod voor nodig dat kan aansluiten bij de individuele wensen van bewoners. Wij kunnen de prestatiekaders leveren waaraan dat aanbod aan componentoplossingen zou moeten voldoen. Tot slot blijven er twee problemen over waar nu nog aan gewerkt wordt. Ten eerste: hoe kunnen we de financiering van verbeteringen door particulieren garanderen? En ten tweede: hoe kunnen we de productie van die verbeteringen zodanig vormgeven dat goed en betaalbaar wonen ook daadwerkelijk wordt gerealiseerd? Hiermee zijn we terug bij het begin van dit verhaal. Wij weten inmiddels (na 42 jaar) dat die realisatie complex is en dat het reorganiseren van de bouwkolom op veel weerstand stuit. Toch zal ook daar beweging moeten komen, al is het maar omdat de vraag naar componentrenovatie in de serie van één zo groot zal worden dat de bouwkolom daar een antwoord op moet gaan formuleren.
Bronnen:
1. Sinds haar oprichting in 1978 investeert de BouwhulpGroep 10%-15% van haar tijd aan onderzoek aan de opgave van duurzaam wonen. Deze toegepaste vorm van wetenschappelijk onderzoek richt zich steeds op het snijvlak van techniek en sociaal in de (dagelijkse) beheerpraktijk waar het renoveren van woningen altijd een belangrijke en bijzondere positie heeft ingenomen. Door de jaren heen is die onderzoekpraktijk ontwikkelt naar de volgende onderzoeksvelden:
a) Waarde en potentie van de bestaande voorraad in evenwicht met de vraag;
b) De mogelijkheden van het bestaande casco als basis;
c) Energie- en installatie concepten vanuit gebruikseisen;
d) Conserveren en onderhouden met oog voor milieu;
e) Demonstreren doel navolgen.
2. Tussen 1988-1994 heeft de BouwhulpGroep als overall programmaleider invulling gegeven aan het Nationale onderzoek E’novatie in opdracht van Novem (de voorloper van RVO) naar de kwaliteit van een groot deel van de woningvoorraad en hoe een dergelijk grote omvang voorzien kon worden van een passend kwaliteitsverbetering met beperkte middelen. E’novatie, zie http://www.bouwhulparchief.nl voor een overzicht van de beschikbare publicaties.
3. Overzicht van de onderzoeken en publicaties van de BouwhulpGroep periode 2004-2021: zie deze link.
4. Toekomst verkenning duurzaam bouwen en wonen naar 2015; onderzoek naar de te verwachten ontwikkelingen in bouwen en wonen; EOS onderzoek Senter Novem.